Pierre, Destin & Quentin

BUDDY’S HELPEN EEN THUIS VINDEN 

© UNHCR/Studio COSMO

Destin, een vluchteling uit Kameroen, ontmoette zijn twee buddy’s dankzij Singa. De een biedt hem tijdelijk onderdak, de ander staat hem bij in de zoektocht naar een eigen stekje.

Meer informatie over Singa

Singa is een Brusselse organisatie die de interactie tussen vluchtelingen en de gastgemeenschap wil bevorderen. Hun project Comme À La Maison (CALM) richt zich voornamelijk op het bieden van hulp bij de zoektocht naar een woningHet doel is om een vluchteling die op zoek is naar een woonst, in contact te brengen met een Brusselaar die over een vrije kamer beschikt. De twee wonen voor een bepaalde tijd samen onder één dak. Daarnaast begeleidt nog een bijkomende vrijwilliger van Singa de vluchteling in de administratieve stappen en helpt hem, gedurende de periode van cohousing, een vaste woonst te vinden. 

Destin is 24 jaar oud. Nadat hij moet vluchten voor het geweld in zijn geboorteland Kameroen, vindt hij bescherming in België. Zijn parcours op Belgische bodem brengt hem uiteindelijk tot bij het project Comme À La Maison, dat hem met de 72-jarige Pierre in contact brengt. De nog zeer actieve gepensioneerde man, aarzelt niet lang en stelt voor om Destin tijdelijk op te vangen bij hem thuis in Etterbeek. Bij het duo vervoegt zich vervolgens een derde gezel: Quentin, die – als vrijwillige begeleider – Destin gidst in de zoektocht naar een vaste stek. Geen twee zonder drie. Het trio is in een goed humeur, wanneer we hun ontmoeten op ons kantoor in Brussel.

Hoe leerden jullie Singa kennen?

Destin: Ik heb Singa leren kennen via vrienden en mijn psycholoog. Ik woonde hun activiteiten bij, dat was voor mij een manier om andere mensen te leren kennen en me te ontplooien. We spelen spelletjes, we amuseren ons en we praten over van alles en nog wat. Zo kan ik mijn gedachten verzetten. Het is ook daar dat ik voor de eerste keer over het CALM-project hoorde praten en meneer Pierre ontmoette.

Pierre: (lacht) Wil je nu eindelijk stoppen met me “meneer” Pierre te noemen? Ik was al langer op zoek naar een organisatie waarvoor ik me kon inzetten en kwam toen een brochure van Singa tegen tijdens het winkelen. Ik wilde iets kleins betekenen, een beetje zoals een kolibrie die een druppel water brengt om een brand te blussen.

“Ik ben een beetje zoals een kolibrie die een druppel water brengt om een brand te blussen.”

Quentin: Ik denk dat Singa een advertentie over het CALM-project op sociale media had geplaatst. Ze zochten zowel mensen om vluchtelingen op te vangen, als mensen om te helpen bij de zoektocht naar een woonst. Ik was me er al langer van bewust dat vluchtelingen, eenmaal ze de vluchtelingenstatus verkregen hebben, vaak een hele reeks uitdagingen moeten overwinnen. Omdat ik me al heel lang voor iets wilde engageren, en ik in de vastgoedsector werk, wist ik meteen dat dit voor mij weggelegd was.

Hoe loopt het samenwonen? 

Destin: Ik voel me goed bij Pierre. Ik voel me thuis en ik ben vrij om te doen wat ik wil. Ik voel me op mijn gemak.

Pierre: Het zal hem een beetje in verlegenheid brengen dat ik het zeg, maar onze omgang met Destin verloopt uitstekend. Hij is attent en neemt initiatief. Hij zorgt zelfs voor het konijn in ons tuintje, echt geweldig! En dan zijn er nog de vallende bladeren, die hij spontaan opruimt. Ik merkte ook al snel dat hij erg oplet om de gewoonten van anderen niet te beledigenHij voelt alles goed aan en doet er alles aan opdat het samenleven goed verloopt. En wat de activiteiten betreft…

Destin: We zijn eens in het bos gaan wandelen.

Pierre:  Ja, een wandeling in het Zoniënwoud. Ik had dat al een paar keer gedaan en deze keer ging Destin met me mee. We zijn toen trouwens verdwaald! Soms gaan we ook samen wat kleine boodschappen doen. Destin leert nu ook koken. We snijden groenten samen, we maken ovengerechten… alledaagse dingen dus. 

Quentin: Toen Destin nog maar net in Brussel was toegekomenzij we samen op stap gegaan om de stad te ontdekken. We gingen op het reuzenrad zodat hij goed kon zien waar hij nu eigenlijk was terechtgekomen. We zijn toen ook gaan eten bij Chez Léon. 

Destin: Ja, ik heb daar voor het eerst mosselen geproefd! En jullie gaan trouwens ook soms met mij mee naar het voetbal. 

Quentin: Ja, Destin en ik zochten een plek in Brussel om te voetballen. En ik ben eens meegegaan naar een training in Anderlecht, wat ik voordien nog nooit had gedaan. Het was erg leuk om hem te zien spelen en tegelijkertijd de sfeer te ervaren. 

Destin: Ja, nu speel ik in een P3-team (Derde Provinciale n.v.d.r.en op zondag bij de vereniging CÉSAR (Cercle d’échanges et de sports des Amis de La Rouen.v.d.r). 

Destin, jeune réfugié camerounais, est debout aux côtés de ses deux parrains, Pierre et Quentin. Ils sourient tous les trois.

© UNHCR/Marion Evrard

Sinds wanneer wonen jullie samen?

Pierre: We vormen een duo sinds eind september (2019 n.v.d.r.). Voorlopig hebben we besloten dat Destin tot eind februari zal blijven. 

Quentin: Normaal gezien duurt het programma drie maanden, dus tot eind december. Omdat we voorlopig nog geen woonst voor Destin hebben gevonden, hebben we dit met twee maanden verlengd. 

Hoe verloopt de zoektocht naar een woning?

Quentin:Het is niet gemakkelijk, om allerlei redenen. We hebben eerst alle administratieve stappen in orde gebracht die nodig zijn wanneer je in Brussel aankomt. Dat heeft wat tijd gekost, maar het was essentieel om zijn situatie te verduidelijken voor we naar een huisbaas zouden stappen. Verder was het moeilijk voor Destin om goed te weten waar hij precies naar op zoek is. We hebben nagedacht over een woonst delen met anderen, of een eigen studio… Uiteraard moeten we ook rekening houden met de realiteit van de woonprijzen in Brussel. Destin denkt er ook aan om misschien te verhuizen naar Namen.

Destin:Ja, omdat wonen hier heel duur is, overwoog ik om terug te keren naar Wallonië.

Quentin:Het is dus niet gemakkelijk voor hem om te weten waar hij het liefst zou wonen. Zelfs voor ons, Brusselse Belgen, is het niet evident een stekje te vinden. Plaats je dus maar eens in de schoenen van Destin: dat is nog veel moeilijker! Daarbovenop komt dan nog eens de financiële kant van het verhaal. We willen echt graag een kwaliteitsvolle woning vinden, iets wat hem stabiliteit kan bieden. Iets kiezen dat niet helemaal in orde is, zou te veel extra kopzorgen met zich meebrengen. Maar dat kost tijd… De tijd die hij nu bij Pierre doorbrengt, gebruikt Destin om wat geld opzij te zetten, bijvoorbeeld voor een huurwaarborg. Als je er goed over nadenkt, kun je eigenlijk beter niet te snel op zoek gaan naar een woonst, want je hebt eerst stabiliteit nodig om te kunnen verhuizen. Dankzij mensen zoals Pierre, die erkende vluchtelingen een tijdelijk onderkomen bieden, is dit mogelijk.

Destin, ben jij alleen in België? Of zijn er familieleden meegekomen? 

Destin: Nee, ik ben helemaal alleen in België. 

Pierre: Dat speelt natuurlijk ook een belangrijke rol. Destin is nog maar 24 jaar oud! Dat is vrij jong, dus soms neem ik ook de ouderrol op mij en leg ik heel alledaagse dingen uit. Dat is wat ik ook zo interessant vind aan dit project: ik dacht in het begin gewoon te helpen op vlak van wonen, maar asnel praat je over allerhande dingen des levens. Destin heeft soms informatie nodig over bankrekeningen, sparen, de economie, hoe uitgaven bij te houden, kosten die bij huren komen kijken, over belastingen, enzovoort. Er is niemand die hem zulke dingen uitlegt. Dat zijn zaken die voor ons allemaal vanzelfsprekend lijken, maar het in feite niet altijd zijn. Er zijn enorm veel dingen die we onbewust weten, of die we hebben meegekregen van onze ouders, familie of vrienden. Wie naar elders verhuist, heeft geen familie- of sociaal netwerk om zo’n informatie te verkrijgen. 

Zijn jullie gebotst op moeilijkheden bij dit programma? 

Quentin: Als iemand die in de vastgoedsector werkt, heb ik gemerkt dat huurbazen vaak terughoudend zijn tegenover mensen die sociale bijstand krijgen van het OCMW. In vergelijking met vroeger, is dit minder omdat die persoon een “buitenlander” is, al bestaan daar ook nog steeds vooroordelen over, zoals bijvoorbeeld dat dit extra lasten met zich mee zou brengen. Ons doel is dan ook om verhuurders gerust te stellen en samen met hen aan de slag te gaan. Als iemand een persoon zoals Destin verwelkomt, en dat loopt vlot, vertelt die dat door aan anderen. Ik denk dat sommige verhuurders daar vandaag meer voor zouden openstaan als we structureel zouden inzetten op een dialoog. In ons geval weten ze bijvoorbeeld dat Singa er is om die persoon te ondersteunen en te begeleiden. Dat biedt een stabiel kader. Het is gemakkelijker om een persoon te vertrouwen als andere actoren of organisaties dat ook doen. 

“Het is gemakkelijker om een persoon te vertrouwen als andere actoren of organisaties dat ook al doen.”  

Pierre: Ja, via Singa kreeg ik iets voorgeschoteld dat gestructureerd en goed georganiseerd was. Dat gaf me wel vertrouwen.

Wat is volgens u de grootste meerwaarde van dit soort projecten? 

Pierre: Ik denk dat ze onmisbaar zijn voor onze samenleving. Werken aan integratie is essentieel. Gisteravond heb ik voor het eerst ook deelgenomen aan een BLABLA-avond (conversatietafel, n.v.d.r.) bij Singa. Het is belangrijk om ontmoetingsmomenten te creëren. Ik voel dat daar vraag naar is.

Quentin: We hadden het eens over de haat die we om ons heen en op sociale media zien. Ik ben ervan overtuigd dat die haat voortkomt uit angst voor de ander. Zodra we echter in contact komen met mensen met een migratieachtergrond, gaan we beseffen dat die vooroordelen niet kloppen. Ik heb de indruk dat veel mensen amper in contact komen met buitenlanders. Daarom denk ik dat dit project positief is omdat het onder andere burgers betrekt, die op hun beurt hun ervaringen met hun eigen kring delen en hen stimuleren om ook aan zo’n initiatief deel te nemen. Bovendien ga je jezelf vragen stellen en bepaalde zaken relativeren wanneer je iemand met een migratieachtergrond leert kennen. Al die kleine stappen helpen uiteindelijk om de angst voor de ander weg te krijgen.

Dat is de enige weg om als samenleving diversiteit te omarmen.”

Ik geloof enorm in het belang van het inzetten op zulke integratieprogramma’s, die zowel de gastgemeenschap als de nieuwkomers betrekken. Dat is de enige weg om als samenleving diversiteit te omarmen. Het is al belangrijk om daarbij stil te staan, maar je moet dat ook vertalen naar de praktijk om een reële impact te hebben. Ik zou zonder twijfel iedereen aanraden om deel te nemen aan een dergelijk project. Het kan enkel een verrijking voor iemand zijn. Ik raad ook iedereen aan zich te engageren naargelang je beschikbaarheid en middelen. Er bestaan veel initiatieven en er is voor ieder wel iets dat aansluit bij je beschikbare tijd en je doelstellingen.